Vitamine K2 wordt, vergeleken met K1, beter opgenomen, leidt tot een hogere en stabielere vitamine K-plasmaspiegel, heeft een beduidend langere halfwaardetijd (3 dagen t.o.v. 2 uur) en wordt beter in extra-hepatische (= buiten de lever) weefsels opgenomen. De halfwaarde tijd wordt ook wel halveringstijd genoemd. De halfwaardetijd is letterlijk de tijd die nodig is om de hoeveelheid van het geneesmiddel/supplement/nutriënt in het bloed te halveren. De lange halveringstijd van vitamine K2 heeft het voordeel dat ze hierdoor vrijwel alle weefsels kan bereiken. We weten ook dat vitamine K2, eenmaal ingenomen, ongeveer 2000 keer gerecycled wordt.
Wat betreft de natto. Mocht u de natto een keer overslaan dan is er niet onmiddellijk een man overboord. Bij een regelmatige inname is de vitamine K-plasmaspiegel ruim voldoende.
2 gedachtes over “Halfwaarde tijd ofwel halveringstijd”
Reacties zijn gesloten.
Beste heer Vondeling,
Naast mijn in beginsel dagelijkse gebruik van Natto (s’avonds) om in mijn vitamine K2 behoefte te voorzien, slik ik ook nog dagelijks 400 mcg vitamine K1 (s ‘ochtends). Ik vraag mij nu af of dat nu wel enig nut heeft gelet op de door u benoemde halveringstijd van vitamine K2….?
Met vriendelijke groet,
Beste heer van der Stadt.
In Nederland is door de Gezondheidsraad de adequate inname van vitamine K1 vastgesteld op 70 microgram per dag. U zit met dagelijks 400 mcg ver boven deze aanbevolen hoeveelheid. Een klein gedeelte van de Vitamine K1 inname kunnen we in ons lichaam omzetten naar vitamine K2. Vitamine K (K1 en K2) is essentieel voor de productie van diverse stollingsfactoren (Gla-eiwitten) in de lever. De beste manier om de vitamine K-status te verbeteren is het eten van natto of het gebruik van een vitamine K-supplement met MK-7 uit natto. Vitamine K1 krijgt men in het algemeen voldoende binnen door de juiste voeding te kiezen.
Halveringstijd is overigens niet het zelfde als absorptieniveau. Bij de absorptie worden de snelheid waarmee de werkzame stof wordt opgenomen en de mate van de opname onderscheiden. De mate van absorptie is een belangrijke parameter en bepaalt mede de grootte van de biologische beschikbaarheid. De biologische beschikbaarheid geeft aan hoeveel van de toegediende werkzame stof uiteindelijk de algemene circulatie bereikt. De biologische beschikbaarheid tussen personen of zelfs bij één en dezelfde persoon kan sterk verschillen. Dit onderdeel is zeer interessant maar ook complex. In het algemeen kun je stellen dat bij het ouder worden de biologische beschikbaarheid afneemt.